Vrijstellingen voorstellen via ePIC

 

Als uw bedrijf in de EU gevestigd is en u voornemens bent een stof uit te voeren die is opgenomen in deel 2 of 3 van bijlage I bij de PIC-verordening, moet het beoogde invoerende land daartoe eerst toestemming verlenen. Als het invoerende land het verzoek van uw aangewezen nationale instantie om uitdrukkelijke toestemming onbeantwoord laat, kunt u voorstellen om te worden vrijgesteld van deze verplichting.

 

Om een vrijstelling in te dienen moet u bewijsstukken overleggen die afkomstig zijn van officiële bronnen in het invoerende land, waaruit blijkt dat de voor uitvoer bestemde chemische stof in dat land is toegelaten. Voorstellen tot vrijstelling kunnen worden ingediend via ePIC.

 

Vrijstellingen:

worden per geval beoordeeld door de aangewezen nationale instantie van de exporteur en de Europese Commissie;

zijn geldig voor een specifieke exporteur en voor een periode van twaalf maanden vanaf de datum van aanvaarding in ePIC;

worden verleend in specifieke, naar behoren gemotiveerde gevallen en mogen alleen worden overwogen als er geen reactie is gekomen op het verzoek om uitdrukkelijke toestemming.

Voorstel voor een standaardvrijstelling

Uw voorstel tot vrijstelling wordt alleen aanvaard als aan de volgende vereisten is voldaan.

  • U hebt een kennisgeving van uitvoer voor een in deel 2 of 3 van bijlage I opgenomen chemische stof of mengsel ingediend en hebt een referentie-identificatienummer (RIN) ontvangen.
  • U hebt bewijsstukken overgelegd die afkomstig zijn van een officiële bron (autoriteiten in het invoerende land, zoals ministeries, overheidsinstanties of douaneautoriteiten) en waarmee wordt aangetoond dat:
    • er voor de voor uitvoer bestemde chemische stof een vergunning, registratie of toelating is verleend in het invoerende land (artikel 14, lid 7, punt a)), of
    • het in de kennisgeving van uitvoer genoemde voorgenomen gebruik van de chemische stof, dat door de invoerende partij schriftelijk is bevestigd, niet overeenkomt met de categorie waarvoor die stof is opgenomen in deel 2 of 3 van bijlage I, en dat er bewijsmateriaal van officiële bronnen (bv. douaneautoriteiten) bestaat waaruit blijkt dat de chemische stof in de laatste vijf jaar door de invoerende partij of in een ander land is gebruikt of ingevoerd.
  • Het land waarnaar u wilt uitvoeren heeft niet gereageerd binnen zestig dagen na de datum van het eerste verzoek om uitdrukkelijke toestemming.

Als de geldigheid van de vrijstelling verloopt vóór het einde van de aangegeven uitvoerperiode (één kalenderjaar), dan moet de aangewezen nationale instantie van de exporteur het invoerende land opnieuw om uitdrukkelijke toestemming vragen.

 

Als uw uitvoer bestemd is voor een OESO-land en uw kennisgeving een chemische stof betreft die is opgenomen in deel 2 van bijlage I, kunt u op elk moment na de indiening van de kennisgeving van uitvoer een voorstel tot vrijstelling indienen.

 

 

Een voorstel tot vrijstelling indienen

Volg onderstaande stappen om uw voorstel in te dienen via ePIC:

  • Open de betrokken kennisgeving van uitvoer in ePIC.
  • Klik op “Propose waiver” (vrijstelling voorstellen) in de vervolgkeuzelijst “Actions” (acties) in de rechterbovenhoek van uw kennisgeving van uitvoer.
  • Voeg de ondersteunende documenten bij het vooringevulde formulier voor een voorstel tot vrijstelling.
  • Selecteer de passende wettelijke verklaringen en dien het voorstel tot vrijstelling in.

Het ingediende voorstel tot vrijstelling wordt beoordeeld door de aangewezen nationale instantie van uw lidstaat, alsook door de Commissie. Als beide instanties uw voorstel aanvaarden, past ECHA de vrijstelling toe op het betrokken referentie-identificatienummer.

 

Bewijsstukken

Zorg ervoor dat uw voorstel tot vrijstelling aan de volgende vereisten voldoet:

  • Het voorstel moet vergezeld gaan van een begeleidende brief waarin een toelichting wordt gegeven bij de documenten die u als bewijs hebt bijgevoegd (bv. wie is de instantie van afgifte en hoe lang blijft het document geldig).
  • De bijgevoegde bewijsstukken moeten afkomstig zijn van de officiële broninstantie en in het originele formaat en de originele taal zijn opgesteld.
    • Als de vrijstelling is gebaseerd op artikel 14, lid 7, punt a), kan het registratiecertificaat voor de chemische stof van het invoerende land of een brief van een autoriteit in dat land als bewijsstuk worden gebruikt.
    • Als de vrijstelling is gebaseerd op artikel 14, lid 7, punt b), kan een recent registratiecertificaat, een brief van de autoriteiten in het invoerende land of een douaneverklaring (minder dan vijf jaar oud en ondertekend door de autoriteiten van het invoerende land) als bewijsstuk worden gebruikt. Er moet ook een bevestiging van het voorgenomen gebruik van de importeur worden bijgevoegd.
  • Van bewijsstukken die in een andere taal dan het Engels, Frans of Spaans zijn opgesteld, moet een vertaling worden overgelegd.
  • In het voorstel moet worden aangegeven hoe lang de bewijsstukken geldig zijn – tenzij de geldigheidsduur uitdrukkelijk wordt vermeld op het document zelf. Als een bewijsstuk ouder dan 15 jaar is, maar nog steeds geldig is, moet dit worden toegelicht in de begeleidende brief.