Beoordelen, vergelijken en kiezen

Als u eenmaal een shortlist met alternatieven hebt samengesteld, vergelijkt u vervolgens de mogelijkheden en bepaalt u welke optie voor u de meest veelbelovende is. U moet hiervoor de volgende beoordelingen verrichten:

  • gevaren- en risicobeoordeling;
  • prestatiebeoordeling;
  • beoordeling van de economische levensvatbaarheid;
  • beoordeling van andere effecten.

Daarbij is het belangrijk om ook te kijken naar bredere effecten, zoals energie- en hulpbronnengebruik, afvalstoffen, recycling of het maatschappelijke effect.

Vergeet niet dat een vervangingsproject het beste stapsgewijs en in een iteratief proces kan worden uitgevoerd. U moet bepalen welke elementen u het eerst gaat beoordelen en met welke mate van gedetailleerdheid u dit zult doen – hierover moet u al direct bij de vaststelling van de reikwijdte van het vervangingsproject een besluit nemen.

Na een eerste analyse op hoog niveau, keert u terug naar de criteria die voor de besluitvorming van cruciaal belang blijken te zijn, en verricht u een diepgaandere analyse.

Zorg ervoor dat u de risico’s (gevaar en blootstelling) van chemische alternatieven beoordeelt. Controleer of ECHA of de EU-lidstaten deze stoffen op een lijst voor nader onderzoek hebben geplaatst – mogelijk worden hiervoor in de toekomst dan wettelijke voorschriften ontwikkeld. U wilt immers niet een vervangingsstof gaan gebruiken die binnenkort als zorgwekkend kan worden aangemerkt. Gebruik verschillende toxicologische databases en blootstellingsmodellen om ervoor te zorgen dat u een compleet beeld krijgt.

Naast de beoordeling van de gevaren en risico’s in verband met het gebruik van de alternatieve stoffen is het ook belangrijk dat u de prestaties en economische levensvatbaarheid ervan beoordeelt. Wellicht wilt u gebruikmaken van experimentele ontwerpmethoden, waarmee u meerdere variabelen tegelijk kunt bestuderen. Ten slotte moet u, vanuit het perspectief van de levenscyclus, mogelijk afwegingen maken tussen de verschillende alternatieven (bijv. gevaren versus de uitstoot van broeikasgassen).

 

Related methods, tools and materials for comparative hazard assessment
  • GreenScreen® for Safer Chemicals: A comparative hazard assessment tool developed by Clean Production Action. It helps evaluate alternatives to chemicals of concern based on 18 hazard endpoints.
  • The Quick Chemical Assessment Tool (QCAT): A simplified version of the GreenScreen® for Safer Chemicals hazard assessment methodology, to allow SMEs to perform a quick alternatives assessment for chemicals of concern. QCAT also provides detailed information on where to find data and how to interpret the data needed to complete a hazard assessment using the tool.
  • GHS Column Model: On the basis of just a small amount of information on the products in question, substitute substances can be assessed with the aid of this table.
  • Pollution Prevention Options Analysis System (P2OASys): The tool was designed by the Toxic Use Reduction Institute of Massachusetts (TURI). It aims to help companies conduct a comparative analysis of the hazard profile of alternatives. It can be used to analyse technological processes, individual chemicals or chemical mixtures. The tool requires certain expertise which may render it unsuitable for SMEs.
  • OECD Guidance on Key Considerations for the Identification and Selection of Safer Chemical Alternatives:
    The guidance aims at helping in identifying the minimum requirements needed to determine whether a chemical alternative is safer. It also includes broader sustainability considerations, beyond chemical safety.

 

Related tools and resources for assessing economic viability

 

Related tools and resources for assessing other impacts